Twee hoge Israëlische militaire functionarissen moeten zich voor hun daden verantwoorden voor een rechtbank, hoorden de Nederlandse rechters in Den Haag donderdag. Mensenrechtenadvocaat Liesbeth Zegveld vertelde het hof van beroep dat een lagere rechtbank ten onrechte had genegeerd dat voor er haar cliënt Ismail Ziada geen andere manier was om gerechtigheid te zoeken. Ziada, een Palestijns-Nederlandse burger, heeft Benny Gantz, destijds de Israëlische legerchef, en Amir Eshel, de toenmalige luchtmachtchef, aangeklaagd voor het besluit om het huis van zijn familie te bombarderen tijdens de Israëlische aanval op Gaza in 2014.

Gantz en Eshel tijdens de oorlog tegen Gaza

Gantz is momenteel de Israëlische minister van Defensie en vicepremier. In een civiele rechtszaak eist Ziada honderdduizenden dollars schadevergoeding van de Israëlische commandanten. De Israëlische aanval reduceerde het drie verdiepingen tellende gebouw in het vluchtelingenkamp al-Bureij tot puin. Het doodde Ziada’s 70-jarige moeder Muftia, zijn broers Jamil, Yousif en Omar, schoonzus Bayan en zijn 12-jarige neef Shaban, evenals een zevende persoon die bij de familie op bezoek was.

Maar in januari 2020 sloot de rechtbank in Den Haag de deur voor Ziada door Gantz en Eshel “functionele immuniteit” te verlenen op grond van het feit dat ze bij het plegen van hun vermeende misdaden in een officiële hoedanigheid handelden. Die beslissing druist in tegen tientallen jaren jurisprudentie na de processen van Neurenberg tegen nazi-oorlogsmisdadigers dat degenen die de zwaarste misdrijven plegen, waaronder oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide, zich niet kunnen verschuilen achter het excuus dat ze handelden in een officiële hoedanigheid of gewoon orders opvolgden.

Geen andere weg naar gerechtigheid

De hoorzitting van donderdag maakte deel uit van Ziada’s beroep tegen die uitspraak van de lagere rechtbank. De hoorzitting vond plaats in een bijna lege zaal. Slechts 13 mensen, waaronder deze schrijver, mochten aanwezig zijn. Vele anderen waren teleurgesteld dat ze hun solidariteit met Ziada niet konden uiten door hun aanwezigheid.

Zegveld, die in Nederland bekend staat om het vertegenwoordigen van slachtoffers van mensenrechtenschendingen, vertelde de rechters ook dat “Israël een apartheidsregime tegen Palestijnen handhaaft.” Daarom is de Nederlandse rechter de enige haalbare optie voor Ziada om gerechtigheid te krijgen. Zegveld bepleitte dat het verlenen van immuniteit aan de twee Israëlische militaire commandanten. niet gerechtvaardigd is. Ze merkte op dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in 2010 oordeelde dat “in gevallen waarin de toepassing van staatsimmuniteit de uitoefening van het recht op toegang tot een rechtbank beperkt, de rechtbank moet nagaan of de omstandigheden van het geval een dergelijke beperking rechtvaardigen.” Zegveld betoogde dat Israël de Palestijnen in Gaza de toegang tot de rechter volledig heeft ontzegd door de kust enclave tot een “vijandige entiteit” te verklaren en haar inwoners tot “vijandige onderdanen.” De Israëlische wet verbiedt ‘vijandige’ burgers om schadeclaims tegen de staat in te dienen bij Israëlische rechtbanken.

In reactie daarop herhaalden de advocaten van Gantz en Eshel hun argument dat, omdat hun cliënten namens de staat hadden gehandeld, hun daden werden beschermd door functionele immuniteit. Na het gedegen geformuleerde pleidooi van Zegveld maakten de advocaten van Gantz en Eshel geen sterke indruk.

Aan het einde van de zitting boden de rechters Ziada het woord. “Ik had nooit gedacht dat mijn intentie om gerechtigheid te zoeken zou worden gedwarsboomd door de oorlogsmisdadigers functionele immuniteit te bieden”, zei hij tegen de rechtbank.

Eerder deze week besprak een online panel de historische poging van Ziada om Israëlische commandanten ter verantwoording te roepen. Issam Younis, directeur van de in Gaza gevestigde mensenrechtengroep Al Mezan, onderstreepte het vernietigende effect van straffeloosheid. De vier grote aanvallen van Israël op Gaza sinds 2008 tonen aan dat “het ergste nog moet komen”, tenzij de internationale gemeenschap serieus werk maakt van aansprakelijkheid, zei Younis.

“Het is echt een mission impossible voor slachtoffers om gerechtigheid te krijgen via het Israëlische rechtssysteem”, verklaarde Younis, nadat hij de talloze obstakels had uitgelegd die Israël oplegt aan Palestijnen in Gaza die toegang willen krijgen tot zijn rechtbanken. Daarom zouden nationale rechtbanken in andere landen een rechtsgang moeten bieden aan slachtoffers van ernstige internationale misdrijven, zei Younis.

Rechtshoogleraar Cedric Ryngaert van de Universiteit Utrecht merkte op dat het Nederlandse recht “een noodzakelijk forum biedt” om “rechtsweigering te voorkomen” wanneer een zaak nergens anders kan worden behandeld en voldoende is gekoppeld aan de Nederlandse jurisdictie. Het Nederlandse staatsburgerschap van Ziada biedt mogelijk een dergelijke link, zei Ryngaert. Hij voegde eraan toe dat de Nederlandse lagere rechter in zijn immuniteitsvonnis de noodzaak van aansprakelijkheid voor internationale misdrijven over het hoofd had gezien. Individuen kunnen verantwoordelijk worden gehouden voor internationale misdrijven, niet alleen bij het Internationaal Strafhof, maar ook bij de nationale rechtbanken van andere staten.

Ziada’s slotwoorden aan de Nederlandse rechters op donderdag benadrukten dat zijn eis voor gerechtigheid niet alleen ging over het afleggen van verantwoording voor misdaden uit het verleden, maar ook om het voorkomen van verdere schendingen in de toekomst. “De misdaden stopten niet in 2014”, zei hij. “In mei, toen Israël Gaza opnieuw zwaar bombardeerde, vreesde ik dat ik een bericht zou krijgen dat mijn familie in gevaar was.” Ziada zei dat zijn nichtje tijdens de Israëlische aanval op Gaza eerder dit jaar haar huis op blote voeten en met twee jonge kinderen moest ontvluchten omdat het woongebouw ernaast was gebombardeerd. “Ze verloor haar ouders bij de bomaanslag op ons ouderlijk huis in 2014. Ik kan de misdaden niet stoppen’, zei Ziada. ‘U, edelachtbare, u kunt het stoppen. Laat me niet in de steek, laat de gerechtigheid niet in de steek.”

De rechters zullen naar verwachting op 7 december uitspraak doen.

bron The electronic intifada