Stichting stuurt Minister Verhagen brief over Palestina beleid

Als Stichting Groningen-Jabalya hebben we in het Paasweekeinde bijgaande brief gestuurd aan minister Verhagen van Buitenlandse Zaken met een CC aan zijn collega Bert Koenders van Ontwikkelingssamenwerking. De brief dringt aan op hervatting van de relaties en de hulp aan de Palestijnse Autoriteit.

Aan: Drs. M.J.M. Verhagen
Minister van Buitenlandse Zaken
Postbus 20061
2500 EB Den Haag

Cc. de Minister van Ontwikkelingssamenwerking drs. A.G. Koenders

Groningen, 6 april 2007.

Geachte heer Verhagen,

De gemeente Groningen ondersteunt sedert een aantal jaren een project in de gemeente Jabalya (Gazastrook) voor de bouw en de totstandkoming van een jeugdcentrum. De Stichting Groningen-Jabalya zet zich in om de bevolking van Groningen te betrekken bij het project in het bijzonder en bij de humanitaire situatie in Jabalya in het algemeen.

De situatie in onze zusterstad is zeer zorgwekkend. Al vanaf januari 2006 staakten de EU en ook Nederland de directe steun aan de door Hamas geleide Palestijnse overheid. Israël kon zonder dat de EU en Nederland in het geweer kwamen de afdracht van belastinggeld, dat wettelijk de Palestijnse Autoriteit toekwam, stoppen. En dat terwijl de door de EU en Nederland gewenste verkiezingen onbetwist eerlijk en democratisch zijn verlopen. Maar nu deze verkiezingen tot een ongewenste uitslag hebben geleid namen de EU en Nederland economische en diplomatieke maatregelen tegen de Palestijnse regering. Deze politiek heeft de sociale en economische crisis in de Palestijnse gebieden verder op de spits gedreven en lijkt het vredesproces niet vooruit te hebben gebracht.

Het speciaal mechanisme waarbij EU-hulpgeld de afgelopen maanden werd ingezet voor hulp aan individuele Palestijnen, nutsbedrijven enzovoorts, heeft de nood niet of nauwelijks kunnen lenigen. Deze hulp heeft de afhankelijkheid van de Palestijnse bevolking verder vergroot en de basisvoorzieningen niet op peil kunnen brengen.

Wij vragen uw speciale aandacht voor de precaire humanitaire situatie in de bezette gebieden en in het bijzonder in Gaza. Het percentage van de bevolking dat onder de armoedegrens leeft is gestegen tot boven de 80%. De Palestijnen zijn de EU tegemoet gekomen door het instellen van een regering van nationale eenheid, waarin alle belangrijke facties vertegenwoordigd zijn. Nu is het moment gekomen dat Nederland, alleen of in EU-verband, ook een stap moet zetten en de bilaterale banden met de Palestijnse Autoriteit moet herstellen.
Wij verzoeken u om alles in het werk te stellen dat Nederland en de EU de reguliere hulp via de Palestijnse autoriteit aan de bevolking hervatten.
De Israëlische politiek van uithongering van de Palestijnse bevolking om hen tot politieke concessies te dwingen is in strijd met de mensenrechten. Dit mag toch niet het uitgangspunt zijn van het Nederlands buitenlands- en ontwikkelingsbeleid?

Namens het bestuur van de Stichting Groningen-Jabalya

Jan Keulen
voorzitter